Jannetje Slok en Breunis van de Pol
 
Terug naar pagina Slok-Kroesbergen
Voorgeslacht Breunis van de Pol

 

 

 

 

 

 

 

Jannetje Slok ging als jong meisje werken op de DS van Schuppen. Op de fabriek ontmoette zij Breunis van de Pol. In 1922 trouwden ze. Ze gingen wonen op de Meulenpol, vlakbij de ouders van Jannetje. Ze bewoonden geen heel huis, maar huurden een kamer met bedstee. In die omstandigheden werd nog datzelfde jaar zoon Teunis geboren. Een jaar later verhuisden ze naar een 'echt' huis, opnieuw op de Molenstraat. Daar kwamen de dochters Ali en Martha ter wereld.

In 1928 stond Jannetje op het punt opnieuw te bevallen, toen een grote tragedie het gezin trof. Ali was twee jaar oud, Martha vier. Beide dochters kregen longontsteking. Op 12 februari stierf Ali. Twaalf dagen later beviel Jannetje van een zoon, die Jan werd genoemd. De week erna overleed de tweede dochter. Breunis en Jannetje lieten samen met de ouders van Jannetje een huis bouwen in de Gortstraat. Daar kregen ze nog twee zoons: Martinus en Adri.

In 1938 werd het gezin opnieuw verblijd met de geboorte van een zoon. Hij werd Breunis genoemd, net als zijn vader. Breunis zat nog in de kinderwagen toen in mei 1940 de oorlog uitbrak. De familie Van de Pol moest evacueren naar Stolwijk. Daar zagen ze in de verte Rotterdam branden.

Teunis werd in de oorlog gedwongen om in Duitsland te werken. Hij kwam in Chemnitz terecht, in een schrijfmachinefabriek waar tijdens de oorlog vliegtuigmotoren werden gemaakt. In 1943 mocht hij even terug naar huis. Net als vele anderen keerde hij niet terug naar Duitsland, maar dook hij onder bij z'n vader en moeder. Teunis ging na de oorlog werken bij Panter Sigaren. Jan verdiende zijn loon bij Van Schuppen Manufacturieren. Martinus koos voor het bankwezen.

Adri kwam op de DS terecht. Hij vormde de vierde generatie, na vader Breunis (47 jaar werknemer op de DS), zijn opa (50 jaar) en zijn overgrootvader (50 jaar).

Jongste zoon Breunis werkte een aantal jaren bij Ritmeester Sigaren. Daarna werd hij postbode.

De familie Van de Pol is nauw verbonden met voetbalclub DOVO. Alle broers speelden in het eerste elftal. Ook vervulden ze bestuursfuncties. “Zelfs op zondag praten jullie niet over de preek, maar over DOVO”, verzuchtte moeder Jannetje wel eens.

Breunis overleed in 1958, Jannetje in 1981.